Halveer de rode ui en snij elke helft in dunne ringen. Verwarm een beetje olie in een pan op een matig vuur en bak de uiringen gedurende 5 min tot ze lichtjes bruin kleuren. Haal de gebakken ui uit de pan en hou apart.
Verwijder de voet van het witlof en snij in de lengte doormidden. Verwijder de bittere binnenste kern. Verwarm een beetje nieuwe olie in je pan en bak de witlofhelften gedurende 2-3 min aan elke kant op een matig vuur. Kruid elke kant met tijm, peper en zout. Strooi vervolgens de suiker over het witlof en schep voorzichtig om. Zet het vuur lager, voeg een scheutje kraantjeswater toe tot het witlof voor de helft onderstaat en dek af. Laat 10 min rustig sudderen. Kijk af en toe en draai het witlof eventueel eens om. Laat erna even afkoelen en hou apart.
Snij intussen de peren in kleine blokjes (kies voor biologisch, dan hoef je ze niet te schillen). Besprenkel met het citroensap. Verkruimel de Violife Greek White met je handen of een vork in een kom. Hou opzij.
Rooster de pijnboompitjes op een matig vuur in een pan zonder vetstof tot ze goudbruin kleuren (hou dit goed in de gaten want pijnboompitjes verbranden snel!).
Leg het vel bladerdeeg in een bakvorm en prik de bodem in met een vork. Bak gedurende 10 min blind in de oven op 180 °C. Haal nadien uit de oven. Schik het witlof op de bodem (zorg dat er niet te veel bakvocht in de vorm beland, anders wordt je taart te nat), leg daarop de peerblokjes, de verkruimelde Violife Greek White, de uiringen, de geroosterde pijnboompitten en de rozijntjes. KRuid af met peper en zout. Bak de taart gedurende 40-45 min in de oven op 180 °C.