Laat de boter op kamertemperatuur komen. Klop ze vervolgens romig met behulp van een garde. Voeg de kandijsuiker en rietsuiker toe en roer nogmaals goed om. Voeg appelmoes, yoghurt, vanille-extract en 1/2 van de chocopasta toe en roer opnieuw.
Meng de bloem, baksoda, bakpoeder, vanille puddingpoeder en zout door elkaar in een aparte kom. Voeg dit mengsel beetje bij beetje toe aan de natte ingrediënten tot alles mooi onder elkaar is gemengd. Voeg tot slot de resterende chocopasta en chocolade chips toe en roer nog eenmaal voorzichtig om.
Als je tijd hebt, kan je het deeg nu even laten rusten in de koelkast (dit mag gerust enkele uren of zelfs een hele dag). Dit zal de textuur nog verbeteren zodat je straks makkelijker koekjes kan vormen. Als je gehaast bent (of veel zin hebt in koekjes!) kan je deze stap ook overslaan.
Bekleed 2 bakplaten met bakpapier. Neem ongeveer 1 1/2 el deeg per koekje en maak balletjes met je handen. Druk elk balletje plat op de bakplaat. Laat tussen elk koekje een beetje plaats aangezien de koekjes nog groter zullen worden tijdens het bakken.
Bak de koekjes gedurende 10-12 min in een voorverwarmde oven van 180 °C. Haal de koekjes uit de oven en besprenkel ze eventueel met wat extra (grof) zout. Laat de koekjes hierna volledig afkoelen.
In een luchtdichte doos kan je de koekjes zeker 4-5 dagen bewaren. Maar no way dat ze zolang zullen meegaan!